Ik vind ze geweldig, de vlinders, juffers, libellen enz. Prachtige kleuren en een pure elegantie. Het is jammer dat ze zich niet zo gemakkelijk laten fotograferen, in de kassen (waar ze gewend zijn aan mensen) uitgezonderd.
Tijd dus voor wat tips om de fladderaars, zoemers e.d. goed te kunnen fotograferen. Zoals altijd zijn de in het bruin aangegeven woorden binnen de tekst linkjes naar een verdere uitleg.
Voorbereiding
Het hoeft geen verregaand onderzoek te zijn, maar het scheelt je in het veld veel tijd indien je weet op welke bloemen je grote kans hebt om vinders aan te treffen. Even op internet levert al heel veel informatie op, ook welke voorkeur voor bloemen bepaalde vlinders hebben.
Overdag, als de zon schijnt, zie je meestal veel gefladder in de bloemrijke bermen en weilanden. s'Morgens vroeg en 's avonds zullen ze minder bewegen, ze zijn dan koud en daardoor traag wat het fotograferen dan weer gemakkelijker maakt.
Je kunt natuurlijk ook een botanische- vlinder- of dierentuin met een vlinderkas bezoeken waar de temperatuur constant wordt gehouden.
Op deze struik vind je diverse soorten vlinders. De plant heet dan ook niet voor niets 'vlinderstruik' (Buddleja),
Hier de distelvlinder.
70 mm macro lens, 1/50 sec.,f/ 11, ISO 320
Statief
Welk licht?
Wanneer je met fel zonlicht fotografeert, krijg je een groot contrast tussen schaduw en licht. Bij macrofotografie krijg je dan snel last van alle aanwezige schaduwen, van bijvoorbeeld je eigen silhouet of een slagschaduw van de voelspriet van een sprinkhaan. Bovendien kan het schild van een kever al snel voor een hinderlijke felle reflectie zorgen.
Een dunne laag bewolking op een zonnige dag, is eigenlijk perfect om bij te fotograferen. Het wolkendek fungeert als een enorme softbox. Het houdt niet zozeer het licht tegen, maar verstrooit het wel, waardoor schaduwen veel zachter zijn. Bovendien is er dan nog voldoende licht om het diafragma iets verder te sluiten, de ISO-waarde laag te houden en bewegingen te bevriezen met een korte sluitertijd.
Een tegenlichtopname vlak voor zonsondergang, zodat het laatste warme licht nog zichtbaar is door de vleugels en op de achtergrond.
1/400 sec., f/5.6, ISO 400, 85 mm ( standaard zoomlens)
Snelle sluitertijd
Niet alleen de snelle bewegingen van de vlinders, maar ook de wind, veroorzaken al snel bewegings- onscherpte in je foto. Dit kun je voorkomen door een snelle sluitertijd te kiezen waarmee je de bewegingen 'bevriest'. Het kan een probleem zijn dat er dan niet lang genoeg licht op de sensor valt, waardoor je onderbelichte foto krijgt. Op het lcd-scherm van je camera is het moeilijk te zien, zeker als de zon er op schijnt) of je foto al of niet goed is belicht. Houdt daarom ook het het histogram in de gaten. Vergroot eventueel bij onderbelichting het diafragma ( laagst mogelijke f-getal) en verhoog eventueel de ISO- waarde
( pas wel op ruis).
Libel op lavendel.
Telelens 70-200mm op 200mm
1/250 sec., f/ 7.1, ISO 200
Scherpstelling
Stel zoveel mogelijk scherp op de ogen als deze zichtbaar zijn.
Neem veel foto's achter elkaar, zo heb je bij deze beweeglijke dieren de meeste kans op een scherpe opname! Zet daarvoor je camera in de continue modus ( kijk even in de gebruiksaanwijzing van je toestel), waardoor je camera blijft focussen op het onderwerp. Meer over de verschillende manieren van scherpstelling vind je in de tips over autofocus.
Soms lukt het maar moeilijk om op een onderwerp scherp te stellen met de autofocus, je hoort de lens 'jagen' of te wel zoeken naar het juiste punt om scherp te stellen. Haal de camera dan van de autofocus af en stel handmatig scherp, zodat je het juiste object scherp in beeld hebt.
Atalanta op koninginnekruid
Door de hoeveelheid aan objecten binnen het kader lukte het niet om scherp te stellen op de vlinder met de autofocus.
24-70 zoomlens op
70mm, 1/320 sec, f/5,6, ISO 200
Het is niet altijd haalbaar om alles van het dier scherp in beeld te krijgen bij een grote diafragma opening. Hoe dichter je op het onderwerp zit om dit beeldvullend vast te leggen des moeilijker wordt het. Wil je het hele dier scherp in beeld dan is het belangrijk om de lens parallel aan het lijfje te houden en het diafragma minimaal op f/ 8.0 te houden.
Zandoogje op distel
Macro lens 105 mm.
1/125 sec, f/11, ISO 200
Compositie
Je bent geneigd om dat kleine zwevende en fladderende spul heel close in beeld te nemen, maar een overzichtsfoto van het leefgebied kan ook heel interessant of mooi zijn. Wees creatief en neem meerdere opnames.
Ook de combinatie van kleuren kan een belangrijke rol spelen in je foto, een rode vlinder op een witte bloem combineert beter dan een witte vlinder op diezelfde bloem.
En last but not least.: Let op waar het licht vandaan komt. De vlinder op de foto hierboven is met tegenlicht gemaakt ( zet de camera op spotmeting), waardoor de haartjes aan de rand van de vleugels goed zichtbaar zijn. Met strijklicht worden de structuren van de vleugels extra goed zichtbaar, zoals op de allereerste foto.
Kleine Vuurvlinder op wilde peen.
Telelens 70-200mm op 125mm.
1/250 sec., f/ 5.6
Direct na de opname hierboven de lens verwisselt voor een macro lens 105mm in de hoop dat het vlindertje bleef zitten.
1/4000 sec., f/4.0, ISO 320
De omgeving
De achtergrond, de voorgrond én de ondergrond spelen allen een belangrijke rol bij het fotograferen van insecten. Maak een bewuste keus in hoeveel je van de omgeving van het insect laat zien. Controleer bij het bekijken van je foto’s niet alleen de scherpte, maar bekijk ook goed wat de achtergrond met je foto doet. Is er een felle bloem die de aandacht wegtrekt van het insect en kun je die misschien buiten beeld houden? Of voegen de net zichtbare strepen van het riet juist wat toe aan de foto? Misschien kun je het beeld wat zachter maken door een stukje op te schuiven en door de begroeiing heen te fotograferen of een blad achter het insect vast te houden met je andere hand.
Lenzen
Het belangrijkste is dat je een lens hebt met een behoorlijke brandpuntsafstand vanaf zo'n 90mm, waardoor je op een grotere afstand kunt gaan staan en de insecten minder snel van je zullen schrikken en dus wegvliegen. Vliegen ze nu wel op wacht dan eventjes, meestal komen ze weer terug op die plek.
Je kunt voor een telelens of zoomlens kiezen. Voor de close-ups is een macrolens natuurlijk ideaal, maar helaas niet goedkoop. Er zijn aardig wat alternatieven voor een macrolens om mooie afbeeldingen mee te maken, die je hier kunt bekijken. Als je deze tak van fotografie erg leuk vindt kun je altijd nog overgaan tot het aanschaffen van een macrolens.
Icarusblauwtje
macro lens 105mm,
1/1000sec., f/5.6, ISO 200
Koningspage
( Italië)
Compactcamera met zoomlens op 140mm.
1/4000 sec., f/5.6, ISO 100
Atalanta
DSLR met zoomlens op 220mm
1/200 sec.,f/6.3, ISO 320
Statief
Ga je 's morgens vroeg of later op de avond op pad om vlinders te fotograferen denk er dan ook aan om een statief of monopod mee te nemen. Je kunt dan langere sluitertijden hanteren wat wel eens nodig zou kunnen zijn daar het licht veel minder sterk is. De dieren zijn afgekoeld en lang niet zo bewegelijk als overdag, dus zijn langere sluitertijden geen probleem.
Geaderd witje
Een uitzondering en met een lens met vast brandpunt 50mm,
1/640sec., f/3.3, ISO 200
In een vlindertuin
Vaak worden er bijzondere soorten vlinders in kassen gehouden. Houdt er rekening mee dat het temperatuur verschil van buiten naar binnen meestal vrij groot iswaardoor je lens zal gaan beslaan.
Ga niet poetsen of wrijven maar heb even geduld en wacht even, je zou anders de apparatuur kunnen beschadigen. Zodra de camera is geacclimatiseerd trekt de condens weg en kun je rustig verder gaan met fotograferen.
Vlinder Morpho Achilles, vlindertuin Orchideeënhoeve.
Bridgecamera.
49,3 mm, 1/160sec., f/4.4, ISO 320
Tithorea tarricina,
vlindertuin Orchideeënhoeve.
Bridgecamera.
176mm, 1/60sec., f/5.6
Glasvleugelvlinder,
vlindertuin Orchideeënhoeve.
Bridgecamera.
176mm, 1/200 sec., f/5.6, ISO 800
Parende Battus polydamas, vlindertuin Orchideeënhoeve.
Bridgecamera.
72,9mm, 1/125 sec., ISO 320
Probeer nooit om een vlinder aan te raken. Het zijn tere en heel kwetsbare diertjes die je daarmee onherstelbaar zou beschadigen.
Landkaartje
Macrolens 105mm
1/640sec., f3.3, ISO 200
Ook deze hoort erbij.
Bij op campanula
Telelens 70-200mm
1/60sec, f8, ISO 200
Weidebeekjuffer (Calopteryx splendens)
Bridge camera.
176 mm., 1/320 sec., f/11, ISO 400
Van experimenteren leer je snel en veel door de exif -gegevens terug te kijken.
Macrolens 105mm, 1/400 sec., f/ 3.3, ISO 200
Juffertje doet zich te goed aan het blad.
Macrolens 105mm, 1/80 sec. f/4.0, ISO 320
Snoepende hommel
Macrolens 105mm
1/2000sec., f/4.0,ISO 200
Telelens 70-200mm op 200mm uit de hand.
1/2000 sec., f/2.8, ISO 400
Geel-zwarte zebrarups, de giftige rups van de St. Jacobsvlinder ( zie de foto hieronder).
50mm, 1/40 sec., f/1.8, ISO 200
St. Jacobsvlinder
Macrolens 105mm, 1/250, f/4.0,ISO 400
Voor het fotograferen van vlinders is een stukje technische kennis onmisbaar. Het is bijna niet mogelijk om vlinders of andere insecten te fotograferen vanuit de automatische stand.
Ook vergt het geduld. Heb je een prachtige vlinder voor je lens in een mooie combinatie met een bloem dan steekt ineens de wind op.... tja dan moet je weer wachten op het volgende (windstille)moment.
Maar je bent heerlijk buiten, genietend van het mooie weer en die ene mooie foto komt dan met een beetje kennis echt ook wel.
Wil je meer weten over fotografietechnieken, je camera leren kennen en betere foto's maken? Reserveer dan een plaatsje in de workshop . Of bestel het e-book "Nooit meer op de automatische stand", waarin ik je de kunst van het zelf belichten uitleg. Klik voor informatie en eventueel bestellen op de knop hieronder.
Dit artikel delen:
Reactie schrijven
Tom Arys (zaterdag, 10 juni 2017 13:18)
Awesome!
Ferry Duyvelaar (dinsdag, 21 mei 2019 12:31)
Eerste foto is een distelvlinder .
Catherine Boone (zaterdag, 06 juni 2020 08:56)
Tijdens het fotograferen van vlinders geven zij mij een enorme boost van warme energie die ik niet zomaar voorbij laat gaan. Mooi blogje opnieuw.