Zo maar een zondag ochtend in januari.
Voor het weekend waren de weersvoorspellingen niet al te best voor de winterhaters. De waarschuwingen om vooral niet de weg op de gaan als dat niet persé noodzakelijk was, waren niet van de lucht. Dikke pakken sneeuw waren beloofd. Dus wat doe je als fotograaf die 1x in de vier jaar een pak sneeuw ziet? Juist vroeg naar bed om de bewuste ochtend ook weer vroeg uit de veren te kunnen.
De teleurstelling was dan ook groot toen de volgende ochtend bleek dat er zeker wel 1millimeter sneeuw was gevallen in het midden van het land, 1x blazen en weg was het. Wellicht was er op de Veluwe wat meer gevallen en je hebt je er dan toch al helemaal op ingesteld, dus richting Leuvenumse Bossen. Daar is het altijd mooi met of zonder sneeuw. Ook daar geen pak sneeuw, maar wel een klein laagje dat het landschap net een winterse uitstraling gaf. En wie weet konden we nog wat soorten viervoeters spotten zoals edelherten, zwijnen of reeën, die hier in redelijke getalen voorkomen.
Heel veel wroetsporen van zwijnen kwamen we tegen. Op die plaatsen was het ook één grote modderpoel en baanden we ons met hink-stap-sprong een weg.
Helaas, naar later bleek, hadden de dieren zelf die ochtend niet de minste behoefte om ons te zien.
In eerste instantie leek het een heldere dag te worden, maar ineens kwam de mist opzetten.
Door de combinatie van de opgekomen mist en het zonlicht wat gebroken werd door de takken aan de bomen zagen we prachtige zonneharpen verschijnen. Dit komt natuurlijk vaker voor, maar de hoeveelheid waarin we nu dit natuurverschijnsel zagen was, in ieder geval voor ons, bijzonder. En naarmate we verder het pad afliepen en de bocht omkwamen werden we verrast. Het hele pad was een adembenemend lichtspel van zonnestralen zover je kon kijken.
Zonneharpen zijn alleen waarneembaar als de juiste ingrediënten aanwezig zijn: Vocht in de lucht, laagstaande zon, windstil, droog en je moet in de juiste richting lopen.
Tips om ze te fotograferen, lees je hier.
Na dit magische pad waren we gedwongen linksaf te slaan om niet al te ver af te dwalen.
Het was ook direct gedaan met de prachtige lichtstralen, wel was het nog genieten van al de kleine kristalletjes aan de takken van de smeltende sneeuw
Geen sneeuw....geen wild.... maar wel volop genoten van een hele fraaie winterse dag. Zelfs op de weg terug naar huis was het nog steeds genieten.
Info over de Leuvenumse Bossen, voor wie het leuk vindt. (natuurmonumenten)
In deze bossen leeft vrij veel wild wat over de hele Veluwe uitzwermt.
Niet iedereen, m.n. de boeren zijn hier, ondanks een compensatie van het rijk, niet blij mee daar vooral de zwijnen nogal wat schade kunnen aanrichten met hun gewroet
Om de wilde zwijnen zoveel mogelijk in de bossen te houden zijn hier een wildrooster en een raster aangelegd. Ook het omringende hekwerk helpt de zwijnen binnen dit gebied te houden terwijl de herten en reeën hier overheen springen.
Reeënweitje
Het weitje genaamd De Koekoek hoorde vroeger bij een park rond het theehuis van de familie Van Limburg-Stirum. Dit theehuis is nu hotel Het Roode Koper, terwijl het park grotendeels natuurgebied is geworden. Grappig is dat ik drie jaar geleden nog een huwelijk heb mogen fotograferen. Op het open weitje is tegen de ochtend en tegen de avond regelmatig wild te zien, deze knibbelen graag aan de kruiden tussen het gras en aan de bladknoppen langs de bosrand.
Rijk bos
Langs de Leuvenumse Beek staan vrij veel loofbomen. Beuken en eiken gedijen hier goed omdat de bodem wat natter en lemiger is. De leemdeeltjes zijn hier in het verleden afgezet door de beek, die toen nog geregeld overstroomde of haar loop veranderde.
Natuurmonumenten wil de Leuvenumse Beek op enkele plaatsen opnieuw de ruimte geven om te kronkelen en te overstromen. Hierdoor zullen beek en loofbos op den duur aan natuurlijkheid winnen, waardoor goede leefmogelijkheden ontstaan voor allerlei bijzondere planten, insecten, broedvogels en zoogdieren.
De klep die naast de brug in de beek hangt, voorkomt dat zwijnen bij laagwater het raster kunnen passeren.
Heldere beek
Het witte huisje bij de waterval heeft een gevelsteen van een watermolen die in 1865 werd afgebroken. Voor die tijd moeten er wel negen papiermolens langs de Leuvenumse Beek hebben gestaan. Om genoeg water met de juiste snelheid voor de schoepenraden van die fabriekjes te verkrijgen, is de beekloop destijds aanzienlijk verlegd. Hier en daar zijn de oude kronkels van de beek hersteld.
Zandscherm
De hoge, steile wal aan de linkerkant is in het verleden aangelegd om huizen, beek en bouwland te beschermen tegen het stuifzand. De mensen plantten daarvoor een dichte haag aan van bomen en struiken, eventueel aangevuld met een kleine wal van zand en aarde. Tegen deze hindernis kwam het stuivende zand tot rust, waardoor de wal vanzelf aangroeide. In de luwte van de ruim drie meter hoge wand bleef een strook van zeker honderd meter breed gevrijwaard van stuifzand. Je wandelt er nog steeds heerlijk beschut.
Arm bos
Je wandelt nu door een ander type bos. De bodem bestaat uit een dikke laag stuifzand en bevat maar weinig voedingsstoffen. De boomsoort die hier het meeste voorkomt is de grove den. In de ondergroei staan planten als kraaiheide, bosbes en vossenbes. Voor dieren is dit bos minder interessant dan het loofbos bij de beek, al zullen ze hier in de zomer graag wat vossenbessen en bosbessen komen smikkelen. In het voorjaar is een zwijn al lang blij als hij hier weer wat fris groen blad van de bosbes vindt.
Terug naar de beek
Aan de heuvels in het gebied kun je goed merken dat dit vroeger allemaal stuifzand was. Tot zo’n honderd jaar geleden was het stuivende zand een ware gesel voor deze streek. Pas door grootschalige bosaanplant in de twintigste eeuw werd de woeste grond beteugeld. Op arme grond zoals hier konden eigenlijk alleen maar grove dennen worden aangeplant. Dichter bij de beek is de grond een stuk voedselrijker. Daar is zelfs een tuin aangelegd. In de buurt van het huidige hotel Het Roode Koper zie je bijvoorbeeld rodondendronstruiken.
Reactie schrijven